Tot in de jaren negentig vond de bibliotheek van de Rijksuniversiteit Leiden onderdak in een verzameling uiteenlopende gebouwen aan het Rapenburg. Na het vertrek van de bibliotheek moest in het complex het bestuurscentrum van de universiteit worden ondergebracht. Atelier PRO stelde het meest waardevolle gebouw van het complex, een voormalige kapel uit de veertiende eeuw, weer in het zicht.
De opdrachtgevers wilden aan de achterzijde aanvankelijk ook het magazijngebouw laten afbreken. Het bleek echter mogelijk om dit karakteristieke negentiende-eeuwse bouwdeel met zijn gietijzeren kolommen geschikt te maken voor een nieuwe bestemming als kantoor. De geringe verdiepingshoogte van 2,25 meter wordt gecompenseerd door twee vides, waarvoor delen van de vloeren zijn verwijderd. Bovendien zijn de lage kantoorvertrekken extra breed gemaakt. De transformatie van het hele complex is gepaard gegaan met een nieuwe logistieke structuur.
De verschillende delen worden ontsloten vanuit de centrale lobby, die in een gerestaureerde studiezaal is ondergebracht. Het monumentale trappenhuis is in zijn oude glorie hersteld.
Door het slopen van een tweede bouwdeel, de zogeheten ‘bollenschuur’, kon aan de achterzijde van het complex een intieme stadstuin worden aangelegd naar een ontwerp van André van den Eerenbeemt. Vanuit deze semi-openbare tuin, die vanaf het Rapenburg toegankelijk is, ziet men zowel de overeenkomst (in kleur) als het contrast (in vorm) tussen de kapel en het magazijn.
publicaties
- 'Respectvolle renovatie', Bouwen met Staal', nr 148 (1999), p6
- 'Renovatie bestuursgebouw Rijksuniversiteit Leiden', Bouwen met Staal', nr 156 (2000), p45
- Fuchs, H., 'College volgt studenten terug naar het stadscentrum', Renovatie & Onderhoud, nr 7/8 (2000), p28-33
- Havermans, O., 'Rust en ruimte aan het Rapenburg. Groen paradijsje achter opgeknapte universiteitsbibliotheek', Leidsch Dagblad, 17-07-1999