Door het groeiende aantal leerlingen hadden de Rudolf Steiner School - voor basisonderwijs - en het Rudolf Steiner College - een scholengemeenschap voor middelbaar onderwijs - behoefte aan uitbreiding. De opzet van het vrijeschoolonderwijs, met een doorlopende leerlijn van 4 tot 18 jaar, vroeg daarbij om een geschakelde locatie, zodat de leerlingen makkelijk functies kunnen delen. Deze locatie werd gevonden op een steenworp afstand van de bestaande vestiging. Een L-vormig schoolgebouw uit de jaren ‘60 is getransformeerd tot basisschool, terwijl ernaast nieuwbouw is verrezen voor de middelbare school.
Voor de basisschool was het belangrijk om de bestaande structuur zo optimaal mogelijk te gebruiken – niet alleen uit oogpunt van duurzaamheid, maar ook omdat aanpassingen moeilijk en kostbaar zouden worden. Vanuit de vrijeschoolgedachte was er wel de wens om de strakke gangstructuur te doorbreken en de school een hart te geven. Daarom hebben we de entree verplaatst naar de oksel van het gebouw; daar is ruimte gecreëerd voor een royale ontvangst, grenzend aan de mediatheek en de keuken. Ook heeft atelier PRO een transparant tussengebouw toegevoegd, de zgn. ‘connector’ die School en College onderling verbindt. Hierin zijn twee nieuwe grote ruimtes opgenomen: het speellokaal en het eurithmie-lokaal. Via het tussengebouw kan ook de grote theaterzaal van het College bereikt worden. Zo lopen de twee scholen fysiek en onderwijskundig in elkaar over.
Omdat het nieuwe College een plek moest krijgen in de beperkte ruimte tussen het bestaande schoolgebouw en de straat, hebben we gekozen voor een compacte opzet in drie lagen. Aan de voorzijde trapt het gebouw af naar het schoolplein; hierdoor wordt het strakke, orthogonale karakter verzacht en ontstaan er bijzondere dakterrassen. Deze dienen als geborgen verlengstuk van het schoolplein en als lesruimte in de buitenlucht - en sluiten zo programmatisch en visueel aan bij de vrijeschoolfilosofie. Aan het schoolplein ligt de centrale entree met de kantine. Via een tribunetrap kunnen de leerlingen van hieruit verder omhoog het gebouw in, door gangen die altijd licht geknikt zijn.
Centraal in het gebouw liggen twee grote ruimtes: de grote theaterzaal en daarboven de gymzaal; de rest van het programma vouwt zich hier om heen. De zalen hebben een houten schil met een bijzondere vorm; hierdoor wordt intern de orthogonale opzet verzacht en deels ‘abgeeckt’ (afgeschuind). Dit is echter meer dan een visuele ingreep; in de schuine wanden zijn allerlei ondersteunende functies opgenomen. Beide zalen zijn volledig geluiddicht ontworpen, met losse vloeren boven elkaar, om er zo voor te zorgen dat de functies elkaar niet hinderen. Theater speelt een belangrijke rol in het vrijeschoolonderwijs, reden waarom de grote zaal voldoet aan zeer hoge eisen op het gebied van theatertechniek.
De gevels van het College zijn van baksteen in combinatie met verduurzaamd hout. De façades zijn aan de straatzijden ‘hard’ en uitgevoerd in stootvoegloos metselwerk; houten lamellen zorgen hierbij voor verzachting en zonwering. Aan de schoolpleinzijde worden de gevels ‘organischer’ en zijn ze uitgevoerd in lichte, verticale houten geveldelen. Voor het interieur is atelier PRO uitgegaan van een basis met natuurlijke kleuren en materialen, afgewisseld met accenten in meer uitgesproken tinten. Bijzondere meubels zoals de studieplekken en de uitgifte-balie zijn op maat ontworpen; in de kantine bevindt zich een levende groene wand. Aan het eind van iedere gang zijn de ramen, als ijkpunt, voorzien van een glaskunstwerk van kunstenaar Ton Mensenkamp.
Bij de School zijn de bestaande houten kozijnen hergebruikt; verder is het gehele gebouw voorzien van nieuwe isolatie en nieuwe gevelbekleding: van geschilderd beton naar warm hout. De kleurstelling in het interieur van de basisschool is ontwikkeld door De Werkplaats GSB.
De bestaande basisschool was verouderd en in slechte energetische staat. Door de renovatie is de buitenschil opgewaardeerd tot boven de huidige nieuwbouw-eisen. College en School zijn bovendien aangesloten op WKO; ook voor de oudbouw is er dus geen gas-aansluiting meer. Er zijn PV-panelen geplaatst, waardoor het complex energieneutraal is. Daarnaast voldoen de scholen aan Frisse Scholen klasse B. Ook is er aandacht besteed aan natuurinclusiviteit: op de dakterrassen zijn grote geïntegreerde plantenbakken meeontworpen. In de oostgevel zijn voorzieningen voor gierzwaluwen en mussen opgenomen en in de zuidgevel bijenstenen en sleuven voor vleermuizen. Zo heeft atelier PRO een scholencomplex ontworpen waarin eigentijdse duurzaamheidseisen en de filosofie van het Steineronderwijs elkaar ontmoeten.